-
-
Ruis: als alles van elkaar verschilt wordt alles gelijk........contrast is nodig om ruimtelijke diepte/gelaagdheid te kunnen herkennen
-
Bebouwingstypologie: heel groot en heel klein koud op elkaar
-
Structuurbeeld: reeks ruimtelijke eenheden/superblokken. Opvallend: organisatie van schil en binnenwerk.
-
superblok met dubbele rand. Contrast rand en binnenwereld. (Tarwewijk).
-
Gegroeide eenheid van rand en binnenwereld (Betondorp Stulemeijer)
-
Schil is dubbele rand, hier in één handschrift. (Tarwewijk)
-
Schil is samengestelde dubbele rand: middelhoge bebouwing langs buitenrand/dijk, laagbouw in de kom (Betondorp Stulemeijer). Contrastrijke eenheid.
-
Sprekend kleurcontrast tussen lichte binnenrandbebouwing en donkere buitenrand
-
Mooi: glimp van lichte binnenrandbebouwing achter donkere buitenrand
-
Ruis: lichte tussenbebouwing vervaagt helder contrast tussen buiten- en binnenrand
-
Voorstel: lichte bebouwing binnenkant steekt beter af bij een donkere kleur van de achtergrond en een donker maaiveld
-
Door de vele knikken, hoogteverschillen en schaalcontrasten is een filmisch en schilderachtig ruimtebeeld ontstaan....
-
....Bij vervanging en vernieuwing van bebouwing
-
.....maar ook bij ingrepen aan de gevels ....
-
....zijn deze verschillende blikvelden een belangrijk uitgangspunt.
-
Situering hoogbouw
-
De bebouwing van het Noordereiland schuift voor de Kop an Zuid: mooi contrast
-
Mooi contrast dwarsdoorzicht over Persoonshaven
-
Gelaagde overgang tussen woningen en rivier.
-
Intiem en wijds, midden in de stad
-
Binnenhoofd
-
Stenen hoofd
-
Groen hoofd
-
Pier
-
De grootschalige vernieuwing van Rotterdam Zuid is volop in ontwikkeling. Het woningaanbod moet diverser worden, er is gebrek aan grondgebonden gezinswoningen. Het bureau Monumenten van de gemeente Rotterdam wil daarom in navolging van studies over de naoorlogse wijken, ook de cultuurhistorische kenmerken en kwaliteiten van het vooroorlogse Zuid in beeld hebben.
Sporen van het polderlandschap
Het ruimtebeeld van Zuid is een historisch gegroeide bonte lappendeken. Tot 1940 vormde het polderlandschap de structurerende ondergrond voor de verstedelijking op Zuid. De komvormige polders, de ringdijken, het orthogonale slotenpatroon, het hoogteverschil tussen dijken en lager gelegen polders zijn in de ruimtelijke verschijningsvorm nog steeds goed waarneembaar.
De havens
Met de aanleg van de havens kwamen er nieuwe ingrediënten: de kades, spoorlijnen, pakhuizen en silo’s, alsmede de lange lijnen en het regelmatige patroon van evenwijdige straten met overwegend gesloten bouwblokken.
Dynamiek
Het zijn verschillende werelden die – koud op elkaar gezet – hebben geleid tot een rauw en dynamisch stadsbeeld. De vele knikken, schaalsprongen en versnipperde verschijningsvormen van de bebouwing maken de oriëntatie echter niet altijd makkelijk. Er is veel ruis. Het kan veel contrastrijker. We hebben daarom een aantal ruimtelijke thema’s gedestilleerd, die in de toekomst kunnen helpen om de herkenbaarheid te vergroten. Niet om verschillen glad te strijken, maar om ze beter zichtbaar te maken.
Een kleine selectie van onze manier van kijken.
In samenwerking met Els Bet, stedenbouwkundige en Leon van Meijel, Van Meijel – adviseurs in cultuurhistorie
In opdracht van de gemeente Rotterdam, dS+V, bureau Monumenten
Februari 2008